Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat X bv voldoet aan de statutaire en feitelijke beleggingseis alsmede dat de financieringslimiet niet is overschreden, zodat het FBI-regime van toepassing is.
X bv is op 22 mei 2014 opgericht. Het statutaire doel van X bv omvat als activiteiten het beheer van en het beleggen in onroerend goed. Het eerste boekjaar eindigt op 31 december 2014 en is daarna gelijk aan het kalenderjaar. Op 23 mei 2014 koopt X bv een kantoorpand. De koopsom tezamen met de aankoopkosten bedragen € 16.905.000. Dit is gefinancierd door middel van het eigen vermogen van € 6.868.400 alsmede door middel van aandeelhoudersleningen van € 10.036.600. Op deze aandeelhoudersleningen is een rente verschuldigd van 10% per jaar en er zijn geen zekerheden verstrekt. De inspecteur legt aan X bv over de jaren 2014 tot en met 2017 aanslagen VPB op zonder rekening te houden met het regime voor fiscale beleggingsinstellingen. In geschil is of wordt voldaan aan de statutaire en feitelijke beleggingseis en of de financieringslimiet is overschreden.
Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat wordt voldaan aan de statutaire en feitelijke beleggingseis. Het feit dat 10% rente op aandeelhoudersleningen wordt betaald maakt niet dat er geen sprake is van beleggen. Voorts oordeelt de rechtbank dat de financieringslimiet niet is overschreden. Tijdelijke schulden, zoals vooruit gefactureerde huur, te betalen rente en BTW, kunnen voor deze toets buiten aanmerking worden gelaten. De rechtbank concludeert dat het FBI-regime van toepassing is. Het beroep van X bv is gegrond.
Lees ook het thema: Beleggingsinstellingen.
Wetsartikelen:
Wet op de vennootschapsbelasting 1969 28
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Vennootschapsbelasting
Instantie: Rechtbank Noord-Holland
Editie: 1 juni
Uitsluiting Nieuwsbrief: Uitsluiting Nieuwsbrief