Rechtbank Gelderland oordeelt dat de gemeente Arnhem terecht heeft besloten de kostenvergoeding voor rechtsbijstand tijdens de hoorzitting te matigen.

Belanghebbende, X, schakelt een gemachtigde in om namens hem bezwaar te maken tegen een WOZ-beschikking. In beroep is alleen nog in geschil de hoogte van de kostenvergoeding voor de hoorzitting in de bezwaarfase.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat de gemeente Arnhem terecht heeft besloten de kostenvergoeding voor rechtsbijstand tijdens de hoorzitting te matigen. De maximale vergoeding op basis van de forfaitaire regeling voor de hoorzitting zou onrechtvaardig uitpakken, gelet op de korte duur van die hoorzitting (1,5 uur), het aantal behandelde objecten (259), het aantal objecten waarvan de waarde is verlaagd (72) alsmede de tijd die verbonden is met de voorbereiding van laatstgenoemde objecten. De toegekende vergoeding van € 30 per object waarvan de waarde is verlaagd, acht de rechtbank redelijk. Omdat de WOZ-waarde van 6 objecten van X is verlaagd, heeft de heffingsambtenaar terecht een kostenvergoeding toegekend van € 180. De heffingsambtenaar heeft in de beroepsfase alsnog ingestemd met een wegingsfactor 1,5 voor de bezwaarfase. Verder heeft de heffingsambtenaar ten onrechte een vergoeding achterwege gelaten voor de aanwezigheid van een taxateur op de hoorzitting. Het beroep van X is gegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Besluit proceskosten bestuursrecht 2-3

Algemene wet bestuursrecht 7:15-2

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Rechtbank Gelderland

Editie: 6 februari

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen