Rechtbank Gelderland oordeelt dat het niet voegen van de tweede IB-aangifte in het computersysteem van de Belastingdienst een (kenbare) fout is als bedoeld in art. 16 lid 2-c AWR. De inspecteur mocht bij het vaststellen van de aanslag uitgaan van de juistheid van de eerste aangifte en was dus niet verplicht een nader onderzoek in te stellen.
Mevrouw X drijft samen met de heer C een onderneming. De onderneming verhuurt kamers ten behoeve van de prostitutie. Vanaf 2004 zijn de twee (buur)panden tot het ondernemingsvermogen gerekend, met inbrengwaarden van respectievelijk € 215.545 en € 340.335. De onderneming wordt in 2013 gestaakt. Nog datzelfde jaar worden de panden verkocht aan een derde voor € 1.500.000. Hierbij is een stakingswinst behaald van € 600.065. In april 2014 doet X echter een beroep op de foutenleer. Volgens haar hadden de panden in 2004 samen voor € 1.500.000 moeten worden ingebracht. In juli 2014 doet X IB-aangifte over 2013, zonder winst uit onderneming aan te geven, zonder de staking te vermelden en de vraag of panden zijn verkocht, is ook niet beantwoord. Enkele weken later wordt positief gereageerd op het foutenleer-verzoek van X. In februari 2015 doet X opnieuw aangifte, waarin wel stakingswinst is verantwoord. Aangezien de nieuwe gegevens niet direct zijn gevoegd in het computersysteem van de Belastingdienst, wordt de aanslag toch conform de eerste aangifte opgelegd. In geschil is of de inspecteur later alsnog een navorderingsaanslag kan opleggen.
Rechtbank Gelderland oordeelt dat het niet voegen van de tweede aangifte in het computersysteem van de Belastingdienst een (kenbare) fout is als bedoeld in art. 16 lid 2-c AWR (zie HR 27 juni 2014, nr. 14/00350, r.o. 2.3.5, V-N 2014/34.11). Van een onjuist inzicht in het recht of de feiten bij de inspecteur is geen sprake. Dit zou wellicht anders kunnen zijn geweest als er vooroverleg was geweest waarbij naast de inbrengproblematiek, óók de overdracht van de panden en daarmee de staking aan de orde was gesteld. De inspecteur mocht bij het vaststellen van de aanslag uitgaan van de juistheid van de eerste aangifte en was dus niet verplicht een nader onderzoek in te stellen. Het beroep van X is ongegrond.
Lees ook het thema Navordering
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 16
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Inkomstenbelasting
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 4 augustus