Hof Amsterdam oordeelt in hoger beroep dat X in strafrechtelijke zin onjuiste VPB-aangiften heeft gedaan, ondanks dat die aangiften fiscaalrechtelijk als bezwaren tegen de inmiddels ambtshalve VPB-aanslagen hebben te gelden.
X is feitelijk bestuurder van diverse bv's. Door stromannen en gefingeerde vastgoedtransacties te gebruiken, is voorgewend dat andere bv's met een herinvesteringsreserve (HIR) voorafgaand aan een aandelenoverdracht hebben voldaan aan hun plicht tot herinvestering. Rechtbank Amsterdam veroordeelt X tot een gevangenisstraf van 24 maanden en hij mag vijf jaar lang geen bestuurder van een rechtspersoon zijn.
Hof Amsterdam oordeelt dat X in strafrechtelijke zin onjuiste VPB-aangiften heeft gedaan, ondanks dat die aangiften fiscaalrechtelijk als bezwaren tegen de inmiddels ambtshalve VPB-aanslagen hebben te gelden. Met zijn geraffineerde werkwijze heeft X ook anderen aangezet tot belastingfraude. De Belastingdienst is volgens het onderzoek IJsberg voor circa € 1 mln door X benadeeld. Vanwege het overschrijden van de redelijke termijn krijgt X wel een lagere straf (21 maanden) met handhaving van het bestuursverbod.
Lees ook het thema Strafrechtelijke afdoening van fiscaalbestuursrechtelijke zaken.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 69
Wet inkomstenbelasting 2001 3.54
Wet op de vennootschapsbelasting 1969 12a
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Vennootschapsbelasting, Strafrecht
Instantie: Hof Amsterdam
Editie: 19 augustus
Focus: Focus
Carrousel: Carrousel