X maakt gebruik van een gastouderbureau voor de facturering en het wettelijk vereiste toezicht. Rechtbank Arnhem is het met X eens dat zij ondernemer is en winst geniet. Er zijn ruimschoots voldoende factoren voor ondernemerschap aanwezig. 

Belanghebbende, X, werkt vanaf 2005 als gastouder. Ze richt zich op de opvang van kinderen in de leeftijd van 0 tot 12 jaar. X maakt gebruik van de bemiddelingsdiensten van een gastouderbureau (GOB) voor de facturering en voor het toezicht op de opleiding en de bijscholing van X en de veiligheid en de uitrusting van de woning waar de kinderen tijdens de opvang verblijven. X sluit met de ouders een dienstverleningsovereenkomst. Het gastouderbureau factureert de werkuren aan de ouders, verhoogd met de bemiddelingskosten. X ontvangt de vergoeding voor de gewerkte uren van het GOB. Als de ouders niet betalen, wordt X ook niet betaald. Kosten van inkopen voor voedsel factureert X rechtstreeks aan de ouders. In 2009 werkt X 1872 uur, voor ongeveer 15 opdrachtgevers. Als de inspecteur haar aanmerkt als resultaatgenieter en niet als ondernemer gaat X in beroep.

Rechtbank Arnhem oordeelt dat X in 2009 ondernemer is en recht heeft op de zelfstandigenaftrek. Het hof stelt hiertoe vast dat X vier volle dagen per week werkt en een omzet behaalt van ruim € 18.000. X loopt ondernemersrisico, bestaande uit debiteuren-, ziekte-, continuïteits- en aansprakelijkheidsrisico. X kan zelf haar tarieven bepalen. Dat de GOB de spil van de opvang is, maakt de inspecteur niet aannemelijk. Dat X relatief weinig geïnvesteerd heeft, doet het oordeel niet veranderen omdat ruimschoots voldoende factoren voor ondernemerschap aanwezig zijn. De rechtbank verklaart het beroep van X gegrond.  

 

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.6

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Rechtbank Arnhem

Editie: 29 november

5

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen