Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt in hoger beroep dat voor het vaststellen van de BPM-afschrijving van een gebruikte kampeerauto de historische nieuwprijs moet worden afgezet tegen de waarde van de gebruikte kampeerauto op het moment van registratie en niet tegen de waarde van een gesloten bestelauto.

De heer X voldoet voor de registratie van een ingevoerde kampeerauto € 3785 aan BPM. In geschil is de naheffingsaanslag van € 1117. Rechtbank Zeeland-West-Brabant spreekt slechts een immateriële schadevergoeding en een veroordeling in de proceskosten uit. In hoger beroep wordt de gemachtigde van X wegens beledigend taalgebruik van verdere deelname aan de procedure uitgesloten.

Hof ’s-Hertogenbosch oordeelt dat voor het vaststellen van de afschrijving van een gebruikte kampeerauto de historische nieuwprijs moet worden afgezet tegen de waarde van de gebruikte kampeerauto op het moment van registratie en niet tegen de waarde van een gesloten bestelauto. De inspecteur heeft zich, bij afwezigheid van een bruikbare koerslijst, voor het bepalen van de verschuldigde BPM terecht gebaseerd op de afschrijvingstabel. X maakt niet aannemelijk gemaakt dat de aldus vastgestelde BPM te hoog is. Het beroep van X is ook voor het overige ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet op de belasting van personenauto's en motorrijwielen 1992 10

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingheffing van motorrijtuigen

Instantie: Hof 's-Hertogenbosch

Editie: 25 juni

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen