De bedrijfsactiviteiten van vof X bestaan uit de handel in en het verhuren van nieuwe en gebruikte auto's. Firmanten zijn H en diens twee zonen. Tijdens een boekenonderzoek bij vof X, wordt geconstateerd dat de administratie van de vof niet aan de eisen van artikel 52 AWR voldoet. De inspecteur constateert een hoog negatief kassaldo en een negatief netto privé van H. De inspecteur concludeert daaruit dat er omzet niet is verantwoord. In geschil is de naar aanleiding daarvan over het jaar 2011 opgelegde naheffingsaanslag omzetbelasting met een vergrijpboete van 25% waartegen vof X in beroep gaat. Het geschil spitst zich toe op het bestaan van een lening waarmee het kasverschil zou zijn verklaard.
Volgens Rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft de inspecteur gerede twijfel doen ontstaan over het bestaan van de lening tussen H en ene B. Het ter zitting gedane aanbod van vof X om getuigen te horen, verklaart de rechtbank tardief. De rechtbank oordeelt wel dat de inspecteur het bedrag van de niet verantwoorde omzet te hoog heeft vastgesteld en dat de naheffingsaanslag daarom moet worden verminderd. De inspecteur heeft de gecorrigeerde omzet namelijk verhoogd met omzetbelasting. Volgens de rechtbank is evenwel niet aannemelijk geworden dat de verschuldigde omzetbelasting tot een additioneel bedrag aan omzet zou moeten leiden. De vergrijpboete wegens grove schuld is terecht opgelegd. Wel vermindert de rechtbank de boete overeenkomstig de vermindering van de naheffingsaanslag. De boete wordt met 10% verminderd vanwege overschrijding van de redelijke termijn. Het beroep van vof X is gegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet inzake rijksbelastingen 67f
Algemene wet inzake rijksbelastingen 20
Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 6
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Omzetbelasting
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Editie: 8 augustus