X is vanaf maart 2014 tot en met 2016 raadslid van een gemeente, waarbij door partijen is geopteerd voor het als loon behandelen van zijn vergoeding. In zijn IB-aangiften van die jaren geeft X steeds echter slechts 50% van zijn vergoeding aan als loon uit dienstbetrekking. De andere helft beschouwt hij als een kostenaftrek van 50%. In geschil is of dit terecht is gecorrigeerd.
Rechtbank Gelderland oordeelt dat X in maart 2014 heeft geopteerd voor de fictieve dienstbetrekking, zodat de gehele voor dat jaar ontvangen vergoeding als loon heeft te gelden en kostenaftrek is uitgesloten. X beroept zich vergeefs op informatie op de website van de VNG, die is namelijk niet bindend voor de inspecteur. De door X voorgestane persoonsgebonden aftrek – giften en zorgkosten – is door hem tot op heden met geen enkel stuk onderbouwd, zodat het beroep ook in zoverre ongegrond is. Het verzoek van X om de (digitale) zitting uit te stellen, is gepasseerd. Hij verblijft namelijk in Polen en reageert snel op e-mails, zodat op voorhand niet aannemelijk is dat de kwaliteit van internet daar onvoldoende is voor beeldbellen en/of inbellen.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.81
Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965 2g
Wet op de loonbelasting 1964 4
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Loonbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 8 juni