Hof Den Haag oordeelt dat X bv geen bewijs levert voor de aftrek en de toepassing van het nultarief.
X bv brengt in het tweede kwartaal van 2018 onder andere de omzetbelasting op 4 facturen inzake de levering van een partij schoenen in aftrek. X bv levert de schoenen aan een Duitse afnemer en past hierop het nultarief toe. De inspecteur stelt dat X bv de schoenen niet naar Duitsland heeft vervoerd en heft na met betrekking tot de toepassing van het nultarief. Ook stelt de inspecteur dat X bv de inkoopfacturen niet betaalt en weigert de aftrek. X bv gaat in (hoger) beroep. Hof Den Haag oordeelt dat X bv geen bewijs levert voor de aftrek en de toepassing van het nultarief. De inspecteur heeft terecht de aftrek gecorrigeerd en de toepassing van het nultarief geweigerd. Er is geen bewijs dat X bv van plan was de facturen te betalen. Ook levert X bv geen bewijs dat de goederen naar Duitsland zijn vervoerd. X bv' hoger beroep is ongegrond. Het incidentele hoger beroep van de inspecteur is gegrond nu het hof, anders dan de Rechtbank Den Haag, vindt dat de inspecteur erin slaagt te onderbouwen dat sprake is van grove schuld. De vergrijpboete is terecht opgelegd.
Lees ook het thema Grensoverschrijdende btw: Goederen of diensten (ver)kopen in het buitenland.
Wetsartikelen:
Wet op de omzetbelasting 1968 29
Wet op de omzetbelasting 1968 9