X brengt in zijn aangifte ib/pvv voor het jaar 2009 bedragen in aftrek aan kosten met betrekking tot de eigen woning, specifieke zorgkosten en scholingsuitgaven. Bij het opleggen van de aanslag zijn deze aftrekposten niet geaccepteerd door de inspecteur. Bij het opleggen van de aanslag is ook een verzuimboete opgelegd. X komt in beroep. Naar aanleiding van door X in de beroepsfase overgelegde stukken is niet langer in geschil dat een deel van de kosten met betrekking tot de eigen woning wel in aanmerking kan worden genomen. Rechtbank Den Haag stelt dat X aannemelijk moet maken dat hij aan de voorwaarden voor de aftrek van specifieke zorgkosten en scholingsuitgaven voldoet. X is volgens de rechtbank niet in deze op hem rustende bewijslast geslaagd. Ten aanzien van de zorgkosten heeft X niet aannemelijk gemaakt dat de in aftrek gebrachte bedragen daadwerkelijk door hem zijn voldaan dan wel op hem drukten. Daarnaast is X er niet in geslaagd de medische noodzaak van de uitgaven aannemelijk te maken. Wat betreft de scholingsuitgaven heeft X niet aannemelijk gemaakt in redelijkheid te kunnen verwachten dat hij middels de gevolgde opleiding een beroep zou kunnen uitoefenen. Het beroep van X op het vertrouwensbeginsel faalt. Uit het feit dat de in aftrek gebrachte specifieke zorgkosten en scholingsuitgaven in een eerder jaar wel door de inspecteur zijn geaccepteerd kan X niet het in rechte te beschermen vertrouwen ontlenen dat die aftrek ook in volgende jaren zou worden geaccepteerd. De verzuimboete blijft in stand omdat X niet op tijd zijn aangifte heeft gedaan. Niet gebleken is dat sprake is van avas. Het beroep is toch gegrond omdat een deel van de in aftrek gebrachte kosten met betrekking tot de eigen woning alsnog is geaccepteerd.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 6.27
Wet inkomstenbelasting 2001 6.17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Rechtbank Den Haag
Editie: 28 juli