Belanghebbende, X, voert in zijn aangifte IB over 2008 een bedrag van € 10.691 op als negatief netto resultaat uit een werkzaamheid. Verder voert hij € 4.380 op als uitgaven voor levensonderhoud voor kinderen jonger dan 30 jaar. Het gaat om bedragen die X heeft overgemaakt naar een alleenstaande moeder met drie kinderen jonger dan 30 jaar in Suriname. Deze vrouw was de verzorgster van zijn inmiddels overleden moeder in Suriname. De vader van de kinderen heeft het gezin verlaten. De inspecteur weigert de aftrek van beide posten en de rechtbank geeft hem hierin gelijk.
Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat niet is voldaan aan de objectieve verwachting dat redelijkerwijs voordeel kan worden behaald, zodat de activiteiten niet als bron van inkomen kunnen worden aangemerkt. Het resultaat van X is in de jaren 2003 t/m 2010 steeds negatief geweest. De inspecteur heeft geen in rechte te beschermen vertrouwen gewekt dat X wel kosten in aftrek zou mogen brengen, aldus het hof. Het hof oordeelt verder dat X geen recht heeft op aftrek van uitgaven voor levensonderhoud. De drie kinderen kwalificeren niet als pleegkinderen. Het feit, dat in december 2006 de tweeling van de voormalige hulp, waarvan X de vader was, is overleden, maakt dat oordeel niet anders. Los van de vraag of X als pleegouder geldt, heeft X bovendien geen recht op enige aftrek omdat X niet voldoet aan de wettelijke eis dat hij de kinderen in belangrijke mate onderhoudt. Dit komt omdat de reiskosten naar Suriname (ruim € 2.500) niet als uitgaven zijn aan te merken. Dat giften aan instellingen met een ANBI-status, zoals Plan Egypt, wel aftrekbaar zijn, leidt er niet toe dat X met een beroep op het gelijkheidsbeginsel de bedragen toch kan aftrekken
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.90
Wet inkomstenbelasting 2001 1.4
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Editie: 17 april