Mevrouw X is na een verkeersongeval zwaar gehandicapt en kan niet meer zelfstandig functioneren. In 2015 verblijft X twee weken op een hospitaalschip met 24-uursbegeleiding. Voor het verblijf betaalt X in totaal € 1466. Volgens X moet de helft worden aangemerkt als kosten van verpleging c.q. verzorging door verpleegkundigen. In geschil is of X terecht € 732 heeft aangemerkt als specifieke zorgkosten. Volgens Rechtbank Noord-Holland is de aftrek terecht geweigerd. X gaat in hoger beroep.
Hof Amsterdam oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat kosten van verpleging en verzorging in rekening zijn gebracht. De betaalde reissom bestaat namelijk slechts uit de kosten van verblijf en de reis- en bagageverzekering. De overgelegde facturen bieden geen aanknopingspunt voor het betoog van X. De kosten van verpleging c.q. verzorging zouden namelijk zijn vrijgesteld van omzetbelasting, terwijl omzetbelasting in rekening is gebracht over het volledige wegens verblijf in rekening gebrachte bedrag. Het beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 6.17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Hof Amsterdam
Editie: 25 februari