Naar aanleiding van de motie Stoffer/Van Dijk (V-N 2023/33.31.24) die vraagt te onderzoeken of en hoe de BOR meer gericht kan worden op familiebedrijven, schrijft staatssecretaris Van Rij van Financiën aan de Tweede Kamer dat het ingestelde onderzoek niet heeft geleid tot het voorstellen van een alternatief of een variant voor de aankondigde BOR-maatregel.
Aangekondigd is dat in het Belastingplan 2025 de maatregel wordt opgenomen die de toegang beperkt tot de BOR en de DSR ab tot reguliere aandelen met een minimaal belang van 5% in het geplaatste kapitaal, met als beoogde inwerkingtredingsdatum 1 januari 2026.
Het door een aantal grote oude familiebedrijven aangedragen alternatief, waarin de erflater of schenker met zijn familie een belang van minimaal 25% moet hebben om in aanmerking te komen voor de BOR, is niet haalbaar. Zo bestaat het risico dat dit alternatief niet voldoet aan de staatssteunregels en in strijd is met het gelijkheidsbeginsel.
Ook is onderzocht of het mogelijk is om de verwateringsregeling te verruimen door verlaging van het minimumbelang voor een indirect ab tot bijvoorbeeld 0,1% of een bepaalde minimale waarde.
Tot slot is ingegaan op andere varianten, die leiden ofwel tot een strengere toegangspoort ofwel tot een dubbele entree.
Aldus staatssecretaris Van Rij van Financiën in zijn onderzoek naar aanleiding van de motie Stoffer/Van Dijk (V-N 2023/33.31.24).
Lees ook het thema Geen alternatief voor aangekondigde BOR-maatregel.
Rubriek: Schenk- en erfbelasting, Inkomstenbelasting
Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën
Editie: 17 oktober
Informatiesoort: VN Vandaag