Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de correcties van de scholingsuitgaven niet hebben plaatsgevonden op basis van een criterium dat jegens X leidt tot een schending van een grondrecht zoals een schending van het verbod op discriminatie naar afkomst, geaardheid of geloofsovertuiging.

X heeft in het verleden vergeefs geprocedeerd over zijn scholingskosten (zie o.a. V-N 2017/48.9). X stelt thans gedupeerde van de Toeslagenaffaire te zijn, omdat hij in het databestand Fraude Signalering Voorziening (FSV) was opgenomen. In geschil is of de verzoeken om ambtshalve vermindering van zijn aanslagen over 2011 en 2013 terecht zijn afgewezen. Volgens de inspecteur zijn de verzoeken ruim na de vijfjaarstermijn ontvangen.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat de correcties van de scholingsuitgaven niet hebben plaatsgevonden op basis van een criterium dat jegens X leidt tot een schending van een grondrecht zoals een schending van het verbod op discriminatie naar afkomst, geaardheid of geloofsovertuiging. De aanleiding voor de correcties was de hoogte van de aftrek en – voor 2013 – de eerdere onderzoeken daarnaar. De algemene beginselen van behoorlijk bestuur zijn geen reden om van de vijfjaarstermijn af te wijken. De beroepen van X zijn ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001 45aa

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Editie: 24 januari

11

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen