Het Hof van Justitie EU oordeelt dat Nederland geen AOW hoeft uit te keren aan Wieland en Rothwangl. Het is niet in strijd met het EU-recht dat Nederland geen rekening houdt met de tijdvakken die zijn verstreken voordat Oostenrijk zich bij de EU aansloot.

Wieland en Rothwangl hebben de Oostenrijkse nationaliteit als ze begin jaren ‘60 werken voor de Holland Amerika Lijn (HAL). Wieland neemt in 1969 de Amerikaanse nationaliteit aan. Tijdens de werkzaamheden voor HAL zijn ze niet verplicht verzekerd en premieplichtig voor de volksverzekeringen. In 2008 en 2009 vragen Wieland en Rothwangl een AOW-pensioen aan. De SVB weigert om de gevraagde pensioenen toe te kennen. Rechtbank Amsterdam oordeelt dat er sprake is van strijd met art. 14 EVRM (discriminatie naar nationaliteit), en dat de nationaalrechtelijke bepalingen op grond waarvan Wieland en Rothwangl van de verzekering zijn uitgesloten, buiten toepassing moeten blijven. De Centrale Raad van Beroep stelt prejudiciële vragen in deze zaak. Volgens de Centrale Raad waren Wieland en Rothwangl in de jaren ‘60 weliswaar, beoordeeld naar het nationale recht, niet verzekerd voor de AOW, maar is het de vraag of de discriminatie naar nationaliteit is geoorloofd.

Het Hof van Justitie EU oordeelt dat Nederland geen AOW hoeft toe te kennen aan Wieland en Rothwangl. Volgens het Hof van Justitie EU hoeft Nederland namelijk, voor de bepaling van de rechten op pensioenuitkeringen, geen rekening te houden met de verzekeringstijdvakken waarin Wieland en Rothwangl werkzaamheden hebben verricht, aangezien Oostenrijk pas nadat de tijdvakken waren verstreken, tot de EU is toegetreden. Ook is het volgens het Hof van Justitie EU niet in strijd met het EU-recht dat Nederland Wieland en Rothwangl uitsluit van de AOW, alhoewel zij als zeevarende een bepaalde periode deel uitmaakten van de bemanning van een zeeschip met een Nederlandse thuishaven, omdat zij in die periode geen Nederlandse onderdanen waren.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 14

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 18

Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie 45

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Europees belastingrecht, Premieheffing

Instantie: Hof van Justitie van de Europese Unie (Advocaat-Generaal)

Editie: 28 oktober

7

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen