X heeft voor 2023 een jaarabonnement aangevraagd voor Veerpont ‘De Burd’. De heffingsambtenaar heeft op grond van de ‘Verordening Veergelden pont de Burd gemeente Leeuwarden 2023’ een aanslag veergelden opgelegd van € 497,95. Op de factuur staat tevens een bedrag aan omzetbelasting van € 104,56 vermeld. X maakt bezwaar tegen de omzetbelasting en stelt beroep in. De heffingsambtenaar verklaart het bezwaar ongegrond en dient een verweerschrift in. In geschil is of X beroep kan instellen tegen de omzetbelasting die op de veergelden is geheven.
Rechtbank Noord-Nederland oordeelt dat X geen beroep kan instellen tegen de omzetbelasting die op de veergelden is geheven. De heffingsambtenaar is niet bevoegd om over de omzetbelasting te beslissen; dat is de taak van de inspecteur van de Belastingdienst. De aanslag veergelden is een besluit van de heffingsambtenaar, maar de omzetbelasting valt buiten diens bevoegdheid. Omdat X enkel gronden heeft aangevoerd ten aanzien van de omzetbelasting, verklaart de rechtbank het beroep ongegrond.
Instantie: Rechtbank Noord-Nederland
Rubriek: Omzetbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Editie: 31 maart
Informatiesoort: VN Vandaag