X staat in het handelsregister ingeschreven met een eenmanszaak die zich bezighoudt met a) handelsbemiddeling in machines, technische benodigdheden, schepen en vliegtuigen, b) het fokken en houden van schapen en geiten en c) dagbehandelcentra voor geestelijke gezondheids- en verslavingszorg. Uit een controle van de Belastingdienst blijkt dat X de bedoeling heeft om poezen/katten te fokken.
Rechtbank Leeuwarden acht geen bron van inkomen aanwezig bij X die zich naar eigen zeggen bezig houdt met het fokken van poezen en katten. De rechtbank neemt hierbij het volgende in aanmerking. X heeft in 2008 en 2009 alleen kosten gemaakt. Pas in 2010 heeft X een poes aangeschaft die toen nog niet geslachtsrijp was. In maart 2012 heeft zij haar ondernemingsplannen opgegeven. Het is er daarom tot die tijd niet meer van gekomen om een dekkater aan te schaffen. Met ingang van 1 april 2010 heeft X haar eenmanszaak laten uitschrijven uit het handelsregister. Er is geen sprake van een objectieve voordeelsverwachting en de rechtbank betwijfelt zelfs of er wel een subjectieve voordeelsverwachting aanwezig is. Had X immers geloofd in haar eigen ondernemingsplan, dan had zij dit kunnen realiseren ongeacht de opvatting van de Belastingdienst. Anders dan X kennelijk meent, kan de Belastingdienst niet als financier worden gezien van startende ondernemers.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.2
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Rechtbank Leeuwarden
Editie: 26 november