Rechtbank Den Haag oordeelt dat de BTW-naheffingsaanslagen terecht zijn opgelegd. X BV had een fiscaal vertegenwoordiger moeten aanstellen om het BTW-nultarief te kunnen toepassen.

X BV heeft haar statutaire zetel in Nederland en handelt in alcoholhoudende dranken. X BV koopt de goederen in, slaat ze op en verkoopt de goederen in de accijnsgoederenplaats respectievelijk het douane-entrepot van Z BV. In de periode tussen inkoop en verkoop door X BV blijven de goederen binnen de accijnsgoederenplaats of het douane-entrepot en worden ze niet uitgeslagen. X BV past het BTW-nultarief toe op de door haar geleverde goederen. X BV heeft geen personeel in dienst en de enige bestuurder van X BV woont in Spanje. De bestuurder bezoekt X BV regelmatig in Nederland en voert dan besprekingen met verkopers en kopers. Deze besprekingen vinden niet plaats in de door X BV gehuurde kantoorruimte, maar in hotels, restaurants en op kantoor van Z BV. X BV heeft geen fiscaal vertegenwoordiger aangesteld in Nederland. De inspecteur is van mening dat X BV ten onrechte het BTW-nultarief toepast, omdat X BV niet in Nederland is gevestigd en daarom een fiscaal vertegenwoordiger had moeten aanstellen. In geschil is de inspecteur terecht de toepassing van het nultarief terecht heeft gecorrigeerd.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de BTW-naheffingsaanslagen terecht zijn opgelegd. Uit de feiten volgt dat X BV geen vestiging heeft in Nederland en evenmin een vaste inrichting. X BV maakt niet aannemelijk dat haar bestuurder tijdens zijn bezoeken in Nederland de voornaamste beslissingen betreffende de algemene leiding van haar bedrijf neemt. Aannemelijk is dat deze beslissingen worden genomen op de plek waar de bestuurder doorgaans verblijft, dus in Spanje. De kantoorruimte is niet meer dan een postadres en daarom geen vaste inrichting. X BV had een fiscaal vertegenwoordiger moeten aanstellen om het BTW-nultarief te kunnen toepassen. Het beroep van X BV is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Uitvoeringsbesluit omzetbelasting 1968 24c

Uitvoeringsbesluit omzetbelasting 1968 12

Wet op de omzetbelasting 1968 Tab II-A art. 7

Wet op de omzetbelasting 1968 9

Instantie: Rechtbank Den Haag

Rubriek: Omzetbelasting, Accijns en verbruiksbelastingen

Editie: 18 december

Informatiesoort: VN Vandaag

30

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen