Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt bij einduitspraak dat X BV recht heeft op een vergoeding van immateriële schade van € 500 wegens overschrijding van de redelijke termijn in de bezwaarfase. De naheffingsaanslagen worden echter in stand gelaten.

X BV, een onderneming die typevaardigheidscursussen aanbiedt, heeft beroep ingesteld tegen naheffingsaanslagen omzetbelasting, omdat zij meent dat haar activiteiten zijn vrijgesteld van BTW. Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt bij tussenuitspraak dat op het verzorgen van de typevaardigheidscursussen en het verstrekken van licenties in het algemeen het algemene BTW-tarief van toepassing en dus niet is vrijgesteld van BTW. Beide partijen hebben op de tussenuitspraak gereageerd. X BV heeft daarnaast een verzoek ingediend voor vergoeding van immateriële schade vanwege de overschrijding van de redelijke termijn voor de behandeling van het bezwaar. In geschil is of X BV recht heeft op een vergoeding van immateriële schade wegens overschrijding van de redelijke termijn voor de behandeling van het bezwaar.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt bij einduitspraak dat de redelijke termijn voor de behandeling van het bezwaar met twee maanden is overschreden, wat geheel te wijten is aan de bezwaarfase. Daarom wordt de inspecteur veroordeeld tot het betalen van een vergoeding van € 500 aan X BV voor immateriële schade. De rechtbank baseert haar oordeel op de vastgestelde feiten en de overschrijding van de termijn, waarbij de periode na de tussenuitspraak niet wordt meegerekend.

[Bron Uitspraak]

Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Editie: 24 oktober

Informatiesoort: VN Vandaag

216

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen