X is enig aandeelhouder in B.V. 1 en op grond van een arbeidsovereenkomst in dienst als directeur. X wordt bij N.V. 1 als enig lid van de RvB gedetacheerd door B.V. 1 op grond van een overeenkomst van opdracht. In geschil is of X in dienstbetrekking tot N.V. 1 staat.
X stelt van niet omdat er sprake is van een overeenkomst van opdracht. De inspecteur is van mening dat X een vergoeding ontvangt voor het verrichten van persoonlijke arbeid waarbij sprake is van een gezagsverhouding.
Rechtbank Gelderland oordeelt dat er geen sprake is van de verplichting om persoonlijk arbeid te verrichten omdat de rechtsverhoudingen die aan de werkzaamheden van X ten grondslag liggen, de overeenkomst van opdracht tussen B.V. 1 en N.V. 1 en de arbeidsovereenkomst tussen B.V. 1 en X zijn. B.V. 1 heeft facturen gestuurd met de vermelding managementfee en er is geen één op één doorbetaling aan X.
Wetsartikelen:
Uitvoeringsbesluit loonbelasting 1965 2h
Wet op de loonbelasting 1964 4
Wet op de loonbelasting 1964 2