De heer X is houder van een kampeerauto. De datum van eerste toelating is 1 juli 1985 en de auto rijdt op diesel. Vanaf mei 2013 hoeft X voor de auto geen motorrijtuigenbelasting meer te betalen. Vanwege de wetswijziging per 1 januari 2014 (aanscherping oldtimerregeling) moet X volgens de inspecteur voortaan € 1045 per kwartaal gaan betalen. X betaalt uiteindelijk € 370. Niet in geschil is thans echter dat wel aanspraak bestaat op toepassing van het kwarttarief voor kampeerauto's, zodat in ieder geval een teruggaaf moet worden verleend van (75% x € 370 =) € 278. Volgens X is de wetswijziging in strijd met het internationale recht en het vertrouwensbeginsel. Rechtbank Gelderland oordeelt dat de wetswijziging niet in strijd is met art. 1 Eerste Protocol EVRM, het internationale gelijkheidsbeginsel en het EU-Handvest. De € 261 die X per kwartaal is verschuldigd, is op zich zelf bezien geen buitensporige last. Het gebruik van de auto en de (gestegen) kosten liggen in de consumptieve sfeer. Dit persoonlijke belang is ondergeschikt aan het algemene belang. Het feit dat voor dieselauto's geen gunstig overgangsregime is getroffen, is geen discriminatie ten opzichte van benzine- en LPG-auto's. Aangezien geen sprake is van een grensoverschrijdende situatie, is het EU-Handvest niet van toepassing. Het verlenen van de vrijstelling heeft voorts rechtens geen vertrouwen gewekt, dat X nooit meer belasting voor de auto hoefde te betalen. Het beroep van X is slechts gegrond vanwege het alsnog toepassen van het kwarttarief.
Wetsartikelen:
Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 84b
Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 84a
Wet op de motorrijtuigenbelasting 1994 72
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Europees belastingrecht, Belastingheffing van motorrijtuigen
Instantie: Rechtbank Gelderland
Editie: 21 september