Rechtbank Gelderland oordeelt dat geen machtiging is ontvangen waaruit blijkt dat A is gemachtigd om de onderhavige BPM-procedure namens de heer X te voeren. Het beroep is dus niet-ontvankelijk. Er wordt geen immateriële schadevergoeding toegekend. Iemand die geen beroep heeft ingesteld, ondervindt van een buiten zijn medeweten ingesteld beroep namelijk geen spanning en frustratie.

De heer X doet BPM-aangifte voor een Audi A3 en voldoet € 938. In geschil is of het bezwaar tegen de voldoening terecht is afgewezen. Het beroepschrift is opgesteld door A. X heeft A gemachtigd hem te vertegenwoordigen bij het instellen, behandelen en eventueel intrekken, dan wel het verzet in de bezwaar en (hoger) beroepsprocedures inzake geschillen met de RDW. Over de BPM en de Belastingdienst wordt niet gesproken.

Rechtbank Gelderland oordeelt dat geen machtiging is ontvangen waaruit blijkt dat A is gemachtigd om de onderhavige BPM-procedure te voeren zodat het beroep niet-ontvankelijk is. In zijn pleitnota vordert A vergeefs om vergoeding van de immateriële schade wegens het overschrijden van de redelijke termijn. Er kan namelijk niet worden vastgesteld dat X beroep heeft ingesteld en zelfs maar weet heeft van deze procedure. Daarmee is er geen grondslag voor het toekennen van een immateriële schadevergoeding. Iemand die geen beroep heeft ingesteld, ondervindt van een buiten zijn medeweten ingesteld beroep geen spanning en frustratie. Dit is een bijzondere omstandigheid als bedoeld in HR 19 februari 2016, 14/03907, V-N 2016/13.4, r.o. 3.9.1.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Europees Verdrag tot bescherming van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden 6

Algemene wet bestuursrecht 8:73

Algemene wet bestuursrecht 6:5

Algemene wet bestuursrecht 8:24

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting, Belastingheffing van motorrijtuigen

Instantie: Rechtbank Gelderland

Editie: 21 januari

3

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen