Rechtbank Noord-Holland geeft geen inhoudelijk oordeel over de pas in beroep ingenomen stellingen over overschrijding van de opbrengstlimiet voor de afvalstoffenheffing en de rioolheffing en over de WOZ-waarde.

Rechtbank Noord-Holland geeft geen inhoudelijk oordeel over de pas in beroep ingenomen stellingen over overschrijding van de opbrengstlimiet voor de afvalstoffenheffing en de rioolheffing en over de WOZ-waarde. Het is toegestaan om in beroep nieuwe stellingen in te nemen, maar X heeft zijn argument over overschrijding van de rioolheffing op geen enkele wijze toegelicht of onderbouwd. Hetzelfde geldt voor de WOZ-beschikking: X heeft pas in beroep enkele korte niet gemotiveerde grieven genoemd en is niet op zitting verschenen voor een toelichting. De rechtbank verwerpt daarom de grieven over overschrijding van de opbrengstlimiet en laat zich niet uit over de WOZ-waarde. Dat de heffingsambtenaar in het verweerschrift niet op de argumenten van X over de opbrengstlimiet en de WOZ-waarde is ingegaan, is voor de rechtbank geen reden de zaken aan te houden. Verder verwerpt de rechtbank de grieven over de bevoegdheid. De rechtbank oordeelt dat belastingsamenwerkingsverband Cocensus bevoegd is tot het opleggen van de aanslagen rioolheffing, afvalstoffenheffing en OZB. De relevante verordeningen zijn gepubliceerd.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 232

Gemeentewet 228a

Gemeentewet 220

Wet milieubeheer 15.33