Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X geen recht heeft op vergoeding van de werkelijke proceskosten, omdat de inspecteur niet ‘tegen-beter-weten-in’ heeft gehandeld en niet in vergaande mate onzorgvuldig is geweest.

X is in 1970 geboren en emigreert in 1996 naar de Verenigde Staten. Op 21 oktober 2020 sluit X een arbeidsovereenkomst met een Nederlandse vennootschap en verhuist op 6 december 2020 terug naar Nederland. X dient samen met zijn werkgever een aanvraag in voor de toepassing van de 30%-regeling, die door de inspecteur op 2 maart 2021 wordt afgewezen. X maakt bezwaar, maar de inspecteur wijst dit af zonder X te horen. In de beroepsfase neemt de inspecteur het standpunt in dat hij het beroep van X op het vertrouwensbeginsel honoreert en om die reden de 30%-regeling van toepassing acht voor de duur van 4 jaar en 5 maanden. De rechtbank verklaart het beroep gegrond en kent een forfaitaire proceskostenvergoeding toe, maar wijst het verzoek om vergoeding van werkelijke proceskosten en immateriële schade af. In geschil is of X recht heeft op een vergoeding van de werkelijke proceskosten en op een vergoeding van immateriële schade.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X geen recht heeft op vergoeding van de werkelijke proceskosten, omdat de inspecteur niet ‘tegen-beter-weten-in’ heeft gehandeld en niet in vergaande mate onzorgvuldig is geweest. Met betrekking tot de forfaitaire vergoeding van de kosten van de bezwaarfase is de rechtbank ten onrechte uitgegaan van de ‘lage’ puntwaarde van € 296. De inspecteur heeft in de beroepsfase aangegeven er geen punt van te willen maken om ook de bezwaarkosten te vergoeden. De inspecteur heeft hiermee dit punt uitdrukkelijk en ondubbelzinnig prijsgegeven. X heeft derhalve recht op een kostenvergoeding voor bezwaar, berekend naar de reguliere puntwaarde. Daarnaast oordeelt het hof dat X geen recht heeft op vergoeding van immateriële schade, omdat de redelijke termijn in hoger beroep slechts nipt is overschreden en de procedure alleen betrekking heeft op nevenbeslissingen. Het hoger beroep van X is deels gegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:73

Algemene wet bestuursrecht 7:15

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht

Editie: 8 april

Informatiesoort: VN Vandaag

15

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen