Rechtbank Breda oordeelt dat de heer X gelet op onder meer de omvang van de bruto-inkomsten en de winstverwachting geen IB-ondernemer is.

De heer X werkt in dienstbetrekking en is daarnaast vanaf 2006 beeldend kunstenaar. In 2008 voltooit X de kunstacademie en gaat in 2009 met vervroegd pensioen. In geschil is of X in 2009 als IB-ondernemer aangemerkt kan worden en recht heeft op de ondernemersaftrek. Niet in geschil is dat wel sprake is van een bron van inkomen. Rechtbank Breda oordeelt dat X gelet op onder meer de omvang van de bruto-inkomsten de winstverwachting geen IB-ondernemer is. Hiertoe wordt overwogen dat de omzet (€ 643) en het resultaat (- € 1.404) zowel in absolute zin als in verhouding tot zijn overige inkomsten in 2009 zeer gering zijn en dat in 2008 het resultaat ook al negatief was. Bovendien is niet of nauwelijks sprake van stijgende omzetten.  Het beroep van X is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 3.76

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Rechtbank Breda

Editie: 5 november

0

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen