Hof Amsterdam onderschrijft het oordeel van de rechtbank dat X geen recht heeft op een proceskostenvergoeding omdat hij zelf alle stukken heeft ingediend. Het is niet aannemelijk dat zijn ex-partner, die belastingadviseur is rechtsbijstand heeft verleend. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk, omdat het duidelijk niet kan slagen (art. 80a lid 1 Wet RO).
X is het niet eens met de WOZ-waarde van zijn huurwoning en het feit dat Rechtbank Noord-Holland hem geen proceskostenvergoeding heeft toegekend.
Hof Amsterdam (V-N Vandaag 2022/763) onderschrijft het oordeel van de rechtbank dat X geen recht heeft op een proceskostenvergoeding omdat hij zelf alle stukken heeft ingediend. Het hof voegt daar aan toe dat X heeft verklaard dat hij ook alle stukken in hoger beroep zelf heeft opgesteld. De ex-partner van X is meegekomen naar de zitting. Zij heeft een belastingadvieskantoor waarmee zij in verband met haar leeftijd aan het afbouwen is. Zij heeft geen inhoudelijke opmerkingen gemaakt, maar alleen vragen van het hof beantwoord. Desgevraagd heeft zij verklaard dat zij de door X opgestelde stukken soms doorleest en incidenteel wijzigingen voorstelt die meestal door X niet worden gevolgd. Verder heeft zij verklaard dat zij de stukken niet (volledig) begrijpt en ook niet ter zitting kan toelichten. Op de vraag of zij een factuur heeft gestuurd, heeft de ex-partner wisselend geantwoord. Het hof acht het niet aannemelijk dat de ex-partner beroepsmatig rechtsbijstand heeft verleend. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk, omdat het duidelijk niet kan slagen (art. 80a lid 1 Wet RO).
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Algemene wet bestuursrecht 8:75
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hoge Raad
Editie: 21 februari