Hof Den Haag ziet geen ruimte voor een (proces)kostenvergoeding voor rechtsbijstand voor X, die zelf fiscalist is. Dat haar echtgenoot, die ook fiscalist is, op zakelijke basis rechtsbijstand heeft verleend, acht het hof niet aannemelijk. De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).
Belanghebbende, X, maakt bezwaar tegen een informatiebeschikking. De inspecteur vernietigt de informatiebeschikking. Rechtbank Den Haag oordeelt dat de inspecteur terecht geen bezwaarkostenvergoeding heeft toegekend omdat X zelf het bezwaarschrift heeft geschreven. X heeft wel recht op een schadevergoeding van € 500 wegens termijnoverschrijding.
Hof Den Haag (MK I, 27 februari 2018, BK-17/00500, V-N Vandaag 2018/501) ziet geen ruimte voor een (proces)kostenvergoeding voor rechtsbijstand. Het hof verwerpt de stelling van X dat haar echtgenoot rechtsbijstand heeft verleend, dat zij daarvoor aan hem een bedrag verschuldigd is en dat dit bedrag op basis van het tussen hen geldende huwelijksvermogensregime ieder jaar wordt verrekend. De blote stelling dat dit is geschied, is onvoldoende voor het oordeel dat in de onderhavige zaken sprake is van op zakelijk basis verleende rechtsbijstand. X maakt niet aannemelijk dat haar echtgenoot op zakelijke basis is opgetreden noch dat zij aan hem dienaangaande een bedrag verschuldigd is geworden. Daarnaast acht het hof het überhaupt niet redelijk dat X rechtsbijstand inschakelt nu zij zelf over voldoende fiscale kennis beschikt. Het hoger beroep van X is ongegrond. Het hof verwerpt ook het incidentele hoger beroep van de inspecteur tegen de schadevergoeding. Dat het hoorgesprek erg lang op zich heeft laten wachten, is in ieder geval ook deels aan de inspecteur te wijten.
De Hoge Raad oordeelt dat de middelen of klachten niet tot cassatie kunnen leiden (art. 81 Wet RO).
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:75
Algemene wet bestuursrecht 7:15 lid 2