Rechtbank Oost-Brabant oordeelt dat de kosten die betrekking hebben op de taxatiematrix door een afzonderlijk geregistreerde WOZ-taxateur niet aangemerkt kunnen worden als kosten die X redelijkerwijs heeft moeten maken. Dit omdat de gemachtigde die het beroepschrift heeft ingediend zelf ook WOZ-taxateur is.

Belanghebbende, X, laat een gemachtigde beroep instellen tegen de WOZ-waarde van zijn woning. De gemachtigde, zelf WOZ-taxateur, schakelt een geregistreerde WOZ-taxateur in die een taxatiematrix opmaakt. In geschil is of de gemeente Eindhoven de kosten van deze matrix aan X moet vergoeden.

Rechtbank Oost-Brabant oordeelt dat de kosten die betrekking hebben op de taxatiematrix door een afzonderlijk geregistreerde WOZ-taxateur niet aangemerkt kunnen worden als kosten die X redelijkerwijs heeft moeten maken. De rechtbank neemt hierbij in aanmerking dat het gaat om een eenvoudige woningtaxatie, dat de gemachtigde in zijn beroepschrift inhoudelijke, taxatietechnische argumenten aangevoerd en het beroepschrift bovendien heeft ondertekend als WOZ-taxateur. De rechtbank concludeert dat de gemachtigde kennelijk in staat is om een voldoende inzichtelijke taxatie op te stellen. De enkele omstandigheid dat de gemachtigde niet is geregistreerd als WOZ-taxateur rechtvaardigt in dit geval niet het inschakelen van een tweede WOZ-taxateur die wel als zodanig staat geregistreerd.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 8:75

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Bronbelasting

Instantie: Rechtbank Oost-Brabant

Editie: 2 mei

2

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen