X is een ondernemingspensioenfonds en sluit in die hoedanigheid een pensioenuitvoeringsovereenkomst af met verschillende bedrijven. Voor deze activiteiten maakt X verschillende kosten, bestaande uit accountantskosten, actuariskosten en kosten van dienstverleners die software leveren voor salaris- en pensioenadministratie. In hoger beroep is in geschil of X de betaalde BTW op deze kosten in aftrek mag brengen.
Hof Amsterdam bevestigt de uitspraak van de rechtbank. Het hof overweegt dat X prestaties verricht die de wezenlijke kenmerken hebben van verzekeringsactiviteiten als bedoeld in art. 11 lid 1 onderdeel k Wet OB 1968. X maakt onvoldoende aannemelijk dat zij naast het uitvoeren van de pensioenregeling, zijnde een (vrijgestelde) verzekeringshandeling, nog andere (belaste) prestaties verricht. Het hoger beroep is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet op de omzetbelasting 1968 15
Wet op de omzetbelasting 1968 11