Hof 's-Hertogenbosch oordeelt dat de inspecteur het bezwaar van X terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard. Het bezwaarschrift is pas na afloop van de bezwaartermijn door de inspecteur ontvangen. De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).
Omdat X niet reageert op de brieven van de inspecteur om aangifte te doen, legt hij op 14 december 2016 een IB-aanslag 2013 op aan X. Naar aanleiding van een dwangbevel van 16 maart 2017, raakt X op 22 maart 2017 bekend met de aanslag. Per e-mail van 29 maart 2017 maakt X kenbaar dat zij de aanslag heeft ontvangen en het niet eens is met de aanslag. Zij kondigt daarbij aan dat zij dezelfde week nog een bezwaarschrift zal verzenden. Dit gebeurt uiteindelijk via een e-mail van 23 april 2017. De inspecteur verklaart het bezwaar niet-ontvankelijk wegens termijnoverschrijding.
Hof 's-Hertogenbosch (V-N Vandaag 2020/2069) oordeelt dat de inspecteur het bezwaar van X terecht niet-ontvankelijk heeft verklaard. Het bezwaarschrift is pas na afloop van de bezwaartermijn door de inspecteur ontvangen. Ook als er vanuit wordt gegaan dat X pas op 22 maart 2017 op de hoogte is geraakt van de aanslag, is er sprake van een niet-verschoonbare termijnoverschrijding. X heeft namelijk pas op 23 april 2017 een e-mail verzonden met het bezwaarschrift en op 18 mei 2017 is het bezwaarschrift pas per post bij de inspecteur binnen gekomen. X heeft dan niet alsnog binnen een redelijke termijn bezwaar gemaakt. Het hof houdt hierbij geen rekening met de e-mail van 29 maart 2017, omdat de Awb niet de mogelijkheid kent om per e-mail bezwaar te maken. Het hof verklaart het hoger beroep van X ongegrond.
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie zonder nadere motivering ongegrond (art. 81 lid 1 Wet RO).
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 6:11
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hoge Raad
Editie: 24 februari