X geniet in het jaar 2007 een arbeidsongeschiktheidsuitkering. Hij verricht in dat jaar werkzaamheden via een zorgkantoor. Tevens verricht X administratieve werkzaamheden voor een hotel en verschillende particulieren. In geschil is of X met deze werkzaamheden één of meer ondernemingen drijft en of hij voldoende uren aan deze ondernemingen besteedt om te voldoen aan het (verlaagde) urencriterium. Ook is de hoogte van X' recht op persoonsgebonden aftrek wegens buitengewone uitgaven in geschil.
Hof 's-Hertogenbosch overweegt in hoger beroep dat de zorgwerkzaamheden te zeer verschillend van aard zijn van de administratieve werkzaamheden om ze tot één onderneming te rekenen. Met betrekking tot de zorgwerkzaamheden wordt X niet als ondernemer aangemerkt. Voor wat betreft de overige werkzaamheden overweegt het hof dat niet aan het (verlaagde) urencriterium wordt voldaan. Ten aanzien van de hoogte van de persoonsgebonden aftrek wegens buitengewone uitgaven heeft X niet aannemelijk gemaakt dat deze aftrek hoger dient te zijn dan de in de aanslag opgenomen aftrek. Het hoger beroep van X is ongegrond.
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting
Instantie: Hof 's-Hertogenbosch
Editie: 13 februari