X is eigenaar van een vrijstaande woning in de gemeente Breda. In geschil is de WOZ-waarde 2015 van deze woning. De gemeente verdedigt in hoger beroep een waarde van € 523.000.
Hof 's-Hertogenbosch (EK I, 30 maart 2017, 16/00351,V-N Vandaag 2017/1163) oordeelt dat X geen aanspraak kan maken op vergoeding van verletkosten in verband met de in de beroepsfase gehouden taxatie. De taxatie vond plaats op initiatief van de heffingsambtenaar en niet op initiatief van de rechtbank of nadat de rechtbank partijen daartoe uitdrukkelijk in de gelegenheid had gesteld. Een vergoeding is dan niet aan de orde (vgl. HR 16 september 2016, nr. 15/02193, V-N 2016/46.9, TaxVisions editie 23 september 2016). De rechtbank heeft terecht geen vergoeding toegekend voor de verletkosten. Het hof verklaart ook het hoger beroep van X tegen de WOZ-waarde van zijn woning ongegrond. De WOZ-waarde van € 523.000 is niet te hoog. Het hof verwerpt ook de grieven van X over de gebrekkige motivering van de uitspraak op bezwaar.
De Hoge Raad verklaart het beroep in cassatie niet-ontvankelijk omdat de aangevoerde klachten geen behandeling in cassatie rechtvaardigen (art. 80a Wet RO).
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:75