X parkeert zonder geldig parkeerrecht in Amersfoort. De heffingsambtenaar legt daarom een naheffingsaanslag parkeerbelasting op van € 75,85 en verklaart het bezwaar van X hiertegen ongegrond. X stelt dat de berekening van de kosten onjuist is, met name de personeelskosten van € 134 per uur voor de handhaver/BOA in 2023, terwijl deze kosten in 2024 slechts € 40 bedragen.
Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat de heffingsambtenaar niet voldoet aan de bewijslast om de hoogte van het uurtarief voor BOA’s te verklaren. Nu X de hoogte van het uurtarief gemotiveerd heeft betwist moet de heffingsambtenaar toelichten waar de kosten precies uit bestaan en waarom er een groot verschil is tussen de tarieven van 2023 en 2024. De stelling dat de betaald parkeren-gebieden in Amersfoort ver uit elkaar liggen verklaart het verschil in uurtarief niet. De naheffingsaanslag parkeerbelasting kan niet in stand blijven.
Wetsartikelen:
Besluit gemeentelijke parkeerbelastingen 2
Instantie: Rechtbank Midden-Nederland
Rubriek: Belastingen van lagere overheden
Editie: 12 december
Informatiesoort: VN Vandaag