Belanghebbende, X, is het niet eens met een naheffingsaanslag parkeerbelasting van de gemeente Haarlem. In geschil is naast de rechtmatigheid van de naheffingsaanslag of de gemeente de hoorplicht heeft geschonden.
Rechtbank Noord-Holland oordeelt dat de gemeente in dit geval niet verplicht was de hoorzitting te laten plaatsvinden in de woonplaats van X of in de plaats waar de naheffingsaanslag is opgelegd. X heeft zich laten bijstaan door een gemachtigde en van deze gemachtigde mag volgens de rechtbank worden verwacht dat hij de tijd en moeite neemt om de hoorzitting bij te wonen. Daarbij komt nog dat de gemachtigde geen gebruik heeft gemaakt van het aanbod van de heffingsambtenaar om telefonisch te worden gehoord. De rechtbank oordeelt verder dat de naheffingsaanslag terecht aan X is opgelegd. Op de gemeente rust niet de verplichting tot het regelmatig ijken van de gebruikte controleapparatuur. De rechtbank verklaart het beroep van X ongegrond, maar kent X wel een immateriële schadevergoeding toe van € 500 en als gevolg daarvan ook een proceskostenvergoeding van € 501.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 7:2
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Bronbelasting, Belastingen van lagere overheden
Instantie: Rechtbank Noord-Holland
Editie: 20 juli