De Hoge Raad oordeelt dat X de vrijstelling van overdrachtsbelasting ter zake van taakoverdracht niet kan toepassen. Volgens de Hoge Raad heeft het hof namelijk terecht vastgesteld dat commerciële factoren hebben meegespeeld. De Hoge Raad wijst daarbij op de wetsgeschiedenis van art. 5d Uitv. besl. BRV, waaruit blijkt dat slechts een koopsom mag worden bedongen van ten hoogste de boekwaarde van de overgedragen vermogensbestanddelen. De Hoge Raad verwerpt vervolgens de stelling van X dat voor toepassing van de vrijstelling van belang is of de koopsom van een onroerende zaak mede betrekking heeft op de daarin schuilende (stille) reserves, en die reserves beschikbaar blijven voor activiteiten van algemeen nut van de overdragende anbi. Volgens de Hoge Raad kan dat niet worden afgeleid uit de wetsgeschiedenis.
Wetsartikelen:
Wet op belastingen van rechtsverkeer 15
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van rechtsverkeer
Instantie: Hoge Raad
Editie: 24 juni