Belanghebbende, X, is eigenaar en gebruiker van een onroerende zaak in een Nederlandse gemeente. De vader van X is een militair van het voormalige Koninklijk Nederlands-Indische Leger (hierna: KNIL). In hoger beroep neemt X het standpunt in dat de heffingsambtenaar de aanslag OZB en de WOZ-beschikking voor de onroerende zaak had moeten zenden naar het Ministerie van Binnenlandse Zaken (hierna: het Ministerie) omdat het Ministerie, gelet op de bepalingen van het Memorandum betreffende de beëindiging van de reorganisatie van het Koninkrijk Nederlands-Indische Leger en de Gemeenschappelijke Beschikking, tot betaling van de aanslag is gehouden omdat de vader van X nog niet is afgevloeid.
Hof Arnhem-Leeuwarden verklaart het hoger beroep ongegrond nu X niet langer betwist dat de aanslag en de WOZ-beschikking juist zijn vastgesteld. Verder zijn ook de hoogte van de aanslag en de tenaamstelling niet langer in geschil. Het hof overweegt dat de belastingrechter niet bevoegd is te oordelen in geschillen betreffende de betaling of de invordering van belasting. Het hoger beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingen van lagere overheden
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 16 juli