X verricht projectondersteuningsactiviteiten voor de onderneming van haar ex-partner en rapporteert de inkomsten hiervan als winst uit onderneming. Haar onverdeelde helft in de woning die zij samen met haar ex-partner in eigendom heeft etiketteert zij als ondernemingsvermogen. De daarmee samenhangende kosten trekt zij af als zakelijke kosten. De inspecteur stelt voor de jaren 2015, 2016 en 2017 aanslagen IB/PVV vast op basis van ROW en merkt de woning als privévermogen aan. X maakt bezwaar en gaat vervolgens in beroep. Rechtbank Gelderland verklaart de beroepen deels gegrond en vermindert de aanslagen. X gaat in hoger beroep.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de activiteiten vallen onder ROW, dat de woning tot het privévermogen behoort en dat de opgevoerde kosten niet zakelijk zijn. De relevante feiten en omstandigheden verschillen niet van eerdere jaren waarin de woning ook als privévermogen is aangemerkt en de activiteiten als ROW. Het Hof wijst ook de verdere kostenaftrek af, omdat X de door haar opgevoerde kosten onvoldoende onderbouwt. De kosten voor mobiele telefonie, de workshop "Personal Brand" en de computer zijn niet aannemelijk gemaakt als zakelijke kosten. De opleiding "365 Dagen succesvol" en de reiskosten zijn evenmin met objectieve gegevens onderbouwd. Het hof bevestigt de uitspraak van de rechtbank.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.8
Wet inkomstenbelasting 2001 3.90
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Rubriek: Inkomstenbelasting
Editie: 19 december
Informatiesoort: VN Vandaag