Rechtbank Gelderland oordeelt dat X bv niet aannemelijk maakt dat haar werknemers daadwerkelijk de BPV van een beroepsopleiding hebben gevolgd. De rechtbank merkt daarbij op dat alleen het verrichten van reguliere werkzaamheden niet volstaat voor het volgen van een BPV.
X bv verricht werkzaamheden op het gebied van goederenvervoer. Aan haar chauffeurs biedt zij een verkorte vijfdaagse MBO-opleiding Chauffeur Goederenvervoer BBL aan. Na afronding van de maatwerkopleiding zijn geen diploma’s of certificaten uitgereikt aan de deelnemers. Naar aanleiding van een boekenonderzoek concludeert de inspecteur dat X bv ten onrechte de afdrachtvermindering onderwijs heeft geclaimd en legt LB-naheffingsaanslagen op aan X bv. Hij stelt daarbij onder andere dat de deelnemers niet de verplichte 640 uren beroepspraktijkvorming (BPV) hebben gevolgd.
Rechtbank Gelderland oordeelt dat X bv niet aannemelijk maakt dat haar werknemers daadwerkelijk de BPV van een beroepsopleiding hebben gevolgd. De rechtbank merkt daarbij op dat alleen het verrichten van reguliere werkzaamheden (het gewoon werken als chauffeur) niet volstaat voor het volgen van een BPV. Ook hecht de rechtbank geen belang aan de verklaring van de uitvoerder van het traject. Onduidelijk is namelijk op basis van welke informatie de uitvoerder haar verklaringen kon afgeven. Verder is de uitvoerder ook dusdanig nauw bij de onderhavige procedure betrokken dat aan de verklaringen geen overtuigende bewijskracht kan worden toegekend. Het gelijk is aan de inspecteur.
Wetsartikelen:
Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie voor de volksverzekeringen 14