Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat het feitelijk drijven van een onderneming meer inhoudt dan het beschikbaar zijn voor de onderneming. X maakt niet aannemelijk dat hij aan het urencriterium voldoet.
X exploiteert een autowasstraat als eenmanszaak. De wasstraat bevindt zich naast zijn woning en is geopend op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag van 11 uur tot 18 uur, en op zaterdag van 8:30 uur tot 18 uur. Als een auto het terrein oprijdt, dan gaat in de woning een bel af, zodat X de apparatuur in werking kan zetten. De bruto-omzetten zijn € 7143 (2017), € 7535 (2018), € 5876 (2019) en € 2125 (2020). Sinds 16 maart 2020 is de exploitatie beëindigd. In geschil is of hij voldoet aan het urencriterium van tenminste 1225 uur. Volgens X voldoet hij eraan, omdat hij tijdens de openingstijden bereikbaar c.q. beschikbaar moet zijn.
Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat het feitelijk drijven van een onderneming meer inhoudt dan het beschikbaar zijn voor de onderneming. X stelt vergeefs in 2019 in totaal 300 uren en in 2020 in totaal 195 uren direct aan de onderneming te hebben besteed. Van de indirecte uren, zoals de schoonmaak en het onderhoud van de gebouwen en de wasinstallaties, en het bijhouden van de dagelijkse administratie is geen overzicht verstrekt. X maakt dus niet aannemelijk dat hij aan het urencriterium voldoet.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.76
Wet inkomstenbelasting 2001 3.6
Instantie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Rubriek: Inkomstenbelasting
Editie: 25 juni
Informatiesoort: VN Vandaag