Hof Den Haag oordeelt in hoger beroep dat het namens de enig aandeelhouder op naam van zijn ltd ingestelde bezwaar niet-ontvankelijk is, omdat de vereffening volgens het recht van Guernsey niet kan worden heropend op verzoek van of ten behoeve van de inspecteur.
X-A-2 ltd is in 2008 in Guernsey opgericht door een Nederlandse bestuurder van de C-groep om de per 1 januari 2009 ingevoerde lucratief belangregeling te verzachten (zie 19/00476). Volgens de inspecteur is de ltd feitelijk in Nederland gevestigd en zou op die manier miljoenen aan Nederlandse vennootschapsbelasting zijn ontgaan. In geschil is de eind 2016 opgelegde VPB-navorderingsaanslag over 2011 naar een belastbaar bedrag van ruim € 36 mln, de vergrijpboete van € 9 mln en de belastingrente van € 2,5 mln. De limited is in 2012 geliquideerd. Na bezwaar is de boete alsnog vernietigd. Volgens Rechtbank Den Haag is het beroep niet-ontvankelijk.
Hof Den Haag oordeelt dat het namens X-A op naam van zijn ltd ingestelde bezwaar niet-ontvankelijk is, omdat de vereffening volgens het recht van Guernsey niet kan worden heropend op verzoek van of ten behoeve van de inspecteur (vgl. HR 19 september 2003, 38.372, V-N 2003/48.7). Het maakt niet uit dat X-A als enig aandeelhouder een liquidatie-uitkering heeft ontvangen. De rechtbank had het bezwaar dus niet-ontvankelijk moeten verklaren. Het hoger beroep is slechts in zoverre gegrond. Er wordt daarom een proceskostenvergoeding toegekend van € 6171.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 6:6
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Vennootschapsbelasting, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Hof Den Haag
Editie: 15 maart