X koopt op 2 april 2008 een woning in de gemeente Leeuwarden voor een bedrag van € 198.000. Op basis van deze aankoopsom vindt hij de WOZ-waarde op peildatum 1 januari 2010 van € 231.000 te hoog. De heffingsambtenaar stelt dat de waarde in het economische verkeer van de woning hoger is dan de eigen aankoopsom. Dit omdat de verkoop van de woning aan X is geschied in het licht van een dreigende executieverkoop.
Hof Leeuwarden oordeelt dat de gemeente niet bewijst dat de eigen aankoopprijs van de woning niet overeenkomt met de waarde in economische verkeer. X heeft gemotiveerd weersproken de stelling van de gemeente dat de woning is verkocht aan X in het licht van een dreigende executieverkoop. De gemeente heeft haar stelling vervolgens niet nader onderbouwd. Rekening houdend met het tijdsverloop tussen aankoop en peildatum en de waardevermeerdering als gevolg van door X uitgevoerde werkzaamheden, acht het hof de door X bepleite waarde van € 210.000 reëel.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Belastingen van lagere overheden, Waardering onroerende zaken
Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden
Editie: 19 september