Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de heffingsambtenaar ook in hoger beroep de WOZ-waarde van de rijksmonumentale villa niet aannemelijk heeft gemaakt.

X is eigenaar van een rijksmonumentale villa uit 1900 met inpandige garage, kelder, drie dakkapellen en een berging. De woning heeft een inhoud van 1916 m³ en is gelegen op een perceel van 1765 m². Rechtbank Midden-Nederland verlaagt de WOZ-waarde 2019 van € 1.889.000 naar € 1.750.000. De heffingsambtenaar is het niet eens met die beslissing en gaat in hoger beroep.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat de heffingsambtenaar ook in hoger beroep de WOZ-waarde van de rijksmonumentale villa niet aannemelijk heeft gemaakt.  Twee van de vier referentiewoningen zijn gemeentelijke monumenten en de heffingsambtenaar maakt niet aannemelijk dat met dit verschil (gemeentelijke monument vs. rijksmonument) rekening is gehouden. De twee resterende referentiewoningen zijn wel rijksmonumenten maar hebben ondanks een kleinere woninginhoud een aanmerkelijk lagere waarde per m³ zodat ook daarmee de waarde van de woning van X onvoldoende wordt onderbouwd. De heffingsambtenaar maakt niet aannemelijk dat deze lagere waarde per m³ een gevolg is van afwijkende objectkenmerken van deze referentiewoningen. Het hoger beroep van de heffingsambtenaar is ongegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet waardering onroerende zaken 17

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Waardering onroerende zaken

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 14 februari

10

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen