Rechtbank Oost-Brabant wijst het verzoek van X om vergoeding van wettelijke rente op de teveel betaalde belasting op de aanslagen OZB af.

Belanghebbende, X, is het niet eens met de WOZ-beschikking 2014 van zijn onroerende zaak. In beroep verdedigt de gemeente een lagere WOZ-waarde, zodat het beroep van X hoe dan ook gegrond is.

Rechtbank Oost-Brabant wijst het verzoek van X om vergoeding van wettelijke rente op de teveel betaalde belasting op de aanslagen OZB af. Art. 28a e.v. van de IW 1990 (welke bepalingen van toepassing zijn bij de invordering van gemeentelijke belastingen) bevatten een regeling voor de vergoeding van invorderingsrente. Voor vergoeding van wettelijke rente over het bedrag waarmee de aanslag wordt verminderd, is daarnaast geen grond (HR 2 september 2005, nr. C04/104HR, V-N 2005/43.7). Het vanaf 1 juli 2009 in art. 4:102 lid 1 van de Awb bepaalde over de vergoeding van de wettelijke rente is ingevolge art. 4:103 van de Awb niet van toepassing indien bij formele wet een andere regeling omtrent verzuim en de gevolgen daarvan is getroffen. Dit is voor de heffing van (gemeentelijke) belastingen het geval (MvT, Kamerstukken II 2003/04, 29 702, blz. 52). Aan het voorgaande doet niet af dat de heffingsambtenaar zich, ondanks het ontbreken van een wettelijke verplichting daartoe, ter zitting bereid heeft verklaard de wettelijke rente aan X te vergoeden.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Algemene wet bestuursrecht 4:102

Invorderingswet 1990 28a e.v.

Algemene wet bestuursrecht 4:103

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Invordering

Instantie: Rechtbank Oost-Brabant

Editie: 14 januari

88

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen