X is eigenaar van een bedrijfsobject gelegen in de gemeente 's-Hertogenbosch. In geschil is de WOZ-waarde 2013 van dit object. De gemeente heeft de WOZ-waarde vastgesteld op een bedrag van € 782.000. In beroep overlegt de heffingsambtenaar een taxatierapport met een waarde van € 782.000.
Rechtbank Oost-Brabant oordeelt dat de gemeente voldoende aannemelijk maakt dat zij de WOZ-waarde van een bedrijfsobject niet op een te hoog bedrag heeft vastgesteld. Over de huurwaarde bestaat tussen partijen geen geschil meer. Het is dan aan de gemeente om aannemelijk te maken dat de kapitalisatiefactor ten minste 9,9 is. De rechtbank oordeelt dat de gemeente dit heeft bewezen. De heffingsambtenaar heeft ten minste drie bruikbare verkooptransacties genoemd die omgerekend leiden tot een gemiddelde kapitalisatiefactor van 10,4. Het beroep van X is ongegrond.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Belastingrecht algemeen, Waardering onroerende zaken
Instantie: Rechtbank Oost-Brabant
Editie: 1 december