X is eigenaar van een galerijflat uit 1967 met berging in de gemeente Amsterdam. In geschil is de WOZ-waarde 2019. De gemeente verdedigt in bezwaar de beschikte waarde van € 241.000. In beroep verdedigt de heffingsambtenaar een waarde van € 229.000.
Rechtbank Amsterdam oordeelt dat de heffingsambtenaar in een WOZ-procedure vrij is in de keuze van de referentiewoningen. Hij hoeft geen gebruik te maken van referentiewoningen die X beter vergelijkbaar vindt. De heffingsambtenaar maakt met zijn referentiewoningen de in beroep verdedigde waarde aannemelijk. Omdat die waarde lager is dan de in bezwaar gehandhaafde waarde, is het beroep van X wel gegrond.
Wetsartikelen:
Wet waardering onroerende zaken 17
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken
Instantie: Rechtbank Amsterdam
Editie: 16 september