Advocaat-generaal IJzerman is van mening dat gemeenten de btw op de rentecomponent van kapitaallasten niet mogen verhalen via de rioolheffing. De kosten van baggeren en oeveronderhoud van zogeheten schouwsloten mogen wel worden verhaald.

Belanghebbende, X, is een woningcorporatie. Zij is het niet eens met aanslagen rioolheffing van de gemeente Noordenveld van € 89.958,60. Rechtbank Noord-Nederland verklaart de verordening gedeeltelijk onverbindend, omdat de post ‘Mutatie reserve’ uit de raming van relevante kosten moet worden verwijderd. Dienovereenkomstig zijn de aanslagen verminderd, met ongeveer 3%. X bepleit in hoger beroep algehele onverbindendverklaring, maar het hof wijst het hoger beroep af.

Advocaat-generaal IJzerman spreekt zich in een conclusie uit over de vraag hoe in de berekening van kapitaallasten van investeringsgoederen rekening mag worden gehouden met omzetbelasting waarvoor recht bestaat op vergoeding uit het BTW-compensatiefonds. Art. 228a lid 3 Gemeentewet bepaalt dat onder kosten voor de in het eerste lid van die bepaling genoemde gemeentelijke watertaken ook wordt verstaan omzetbelasting waarvoor recht op vergoeding uit het BTW-compensatiefonds bestaat. De vraag is of naast een afschrijvingscomponent met betrekking tot die omzetbelasting ook een rentecomponent in de kapitaallasten mag worden begrepen. De A-G beantwoordt deze vraag, anders dan rechtbank en hof, ontkennend. De A-G merkt op dat in de parlementaire geschiedenis niet wordt gesproken over financieringsrente in het kader van het BTW-compensatie. Volgens de A-G is het niet reëel om rente te berekenen over een schuld of kapitaalbeslag die er niet meer is, in casu na compensatie van gefactureerde btw. Het gelijk is op dit punt aan X. De A-G is verder van mening dat gemeenten de kosten van baggeren en oeveronderhoud van zogeheten schouwsloten via de rioolheffing mag verhalen. De gemeente is verantwoordelijk voor de afvoer van hemelwater. Het is haar taak om zodanige voorzieningen te treffen dat die afvoer goed kan geschieden om te voorkomen dat grote plassen op straten blijven staan en kelders onderlopen. Als de schouwsloten niet goed afvoeren, kan daarop na verloop van tijd geen afvloeiend hemelwater meer worden geloosd, zodat de gemeentelijke zorgplicht voor afvloeiend hemelwater in het gedrang komt.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Gemeentewet 228a

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Belastingen van lagere overheden

Instantie: Hoge Raad (Advocaat-Generaal)

Editie: 29 januari

12

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen