Belanghebbende, X, treedt begin 2006 in dienst bij A bv. Hij koopt in 2006 25.000 certificaten van aandelen A bv voor € 5,65 per certificaat. A bv wordt begin 2007 overgenomen door C nv. Hierbij komt een "lock-up" regeling tot stand. De regeling houdt onder andere in dat C nv slechts € 20 per certificaat betaalt als de dienstbetrekking binnen een jaar eindigt. De dienstbetrekking met X eindigt per 1 oktober 2007. In 2008 biedt X certificaten aan C nv aan. C nv betaalt € 20 per certificaat, terwijl de marktwaarde € 65,35 is. X merkt het verschil tussen € 65,35 en € 20 aan als negatief loon.
Rechtbank Haarlem oordeelt dat het verschil tussen de gerealiseerde prijs en de marktwaarde van de certificaten van aandelen niet kan worden aangemerkt als negatief loon. Volgens de rechtbank is er namelijk sprake van een te ver verwijderd verband tussen de dienstbetrekking en de verkrijging van de certificaten. De rechtbank overweegt hierbij dat de aanbieding en de verkrijging van de certificaten geen deel uitmaakten van de arbeidsovereenkomst en ook niet van de arbeidsvoorwaarden. Verder wijst de rechtbank er nog op dat X de waarde in het economische verkeer voor de certificaten heeft betaald en zijn de certificaten naar het oordeel van de rechtbank geheel vrijwillig verworven. De verwerving en de verkoop hebben dan niet plaatsgevonden in de loonsfeer. Het gelijk is aan de inspecteur.
Wetsartikelen:
Wet inkomstenbelasting 2001 3.81
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Inkomstenbelasting, Loonbelasting
Instantie: Rechtbank Haarlem
Editie: 6 november