Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat hij voldoet aan de Schumacker-criteria en de giftenaftrek niet volledig kan realiseren in Duitsland. In de Duitse IB-aangifte 2008 is namelijk een inkomen van € 396.052 aan X toegerekend.

X woont in Duitsland en bezit zowel in Nederland als in Duitsland onroerende zaken. De onroerende zaak in Nederland betreft een Nsw-landgoed. In zijn IB-aangiften opteert X voor de binnenlandse belastingplicht. Hij beschikt namelijk over een fors restant persoonsgebonden aftrek. In zijn IB-aangiften claimt X giftenaftrek en aftrek voor kosten met betrekking tot monumentenpanden. Rechtbank Gelderland oordeelt dat de monumentenaftrek een brongebonden aftrekpost is. X heeft dan ook recht op de monumentenaftrek zonder dat hij gebruik hoeft te maken van de keuzeregeling. In hoger beroep spitst het geschil zich toe op de vraag of X eveneens in aanmerking komt voor de giftenaftrek, zonder dat hij gebruik hoeft te maken van de keuzeregeling.

Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt dat X niet aannemelijk maakt dat hij voldoet aan de Schumacker-criteria en dat hij de giftenaftrek niet volledig kan realiseren in Duitsland. Het hof wijst er daarbij op dat in de Duitse IB-aangifte 2008 een inkomen van € 396.052 aan X is toegerekend, en dat hij in dat jaar dan ook niet het grootste deel van zijn belastbaar inkomen in de bronstaat Nederland heeft verworven. Verder stelt het hof vast dat Duitsland een bedrag van € 81.126 aan aftrekbare uitgaven in aanmerking heeft genomen. Volgens het hof kan dan ook niet worden aangenomen dat de woonstaat Duitsland aan X niet de voordelen kan toekennen die voortvloeien uit het in aanmerking nemen van zijn persoonlijke en gezinssituatie, en evenmin dat dit, zo wel zou kunnen worden aangenomen dat Duitsland die voordelen niet aan X kan toekennen, niet voortvloeit uit een dispariteit. Voor het jaar 2009 voldoet X wel aan de voorwaarde dat het grootste deel van zijn belastbaar inkomen wordt verdiend in (de bronstaat) Nederland, en wel voor méér dan 90%. De inspecteur heeft dan ook terecht de nog niet in aanmerking genomen persoonsgebonden aftrek vastgesteld op bijna € 1,5 mln. Het hof stelt vervolgens het uit 2009 over te brengen buitenlands inkomen vast op € 15.699. In zoverre is het hoger beroep gegrond.

[Bron Uitspraak]

Wetsartikelen:

Wet inkomstenbelasting 2001 2.5

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting

Instantie: Hof Arnhem-Leeuwarden

Editie: 9 januari

4

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen