Mevrouw X krijgt twee WOZ-beschikkingen van € 289.000 en € 178.000 voor respectievelijk een winkel en de bovenwoning. In beroep neemt X aanvankelijk slechts algemeen geformuleerde standpunten in, die op de zitting zijn ingetrokken en vervangen door concrete stellingen.
Rechtbank Midden-Nederland oordeelt dat de nieuwe standpunten toch inhoudelijk worden behandeld omdat de heffingsambtenaar er adequaat op heeft gereageerd. De taxatiematrixen en toelichtingen hierop van de heffingsambtenaar worden gevolgd. De stellingen van X over de woonoppervlakte, staat van het onderhoud, ligging en kapitalisatiefactor snijden geen hout. De beroepen van X zijn ongegrond.
Wetsartikelen:
Algemene wet bestuursrecht 8:58
Informatiesoort: VN Vandaag
Rubriek: Waardering onroerende zaken, Fiscaal bestuurs(proces)recht
Instantie: Rechtbank Midden-Nederland
Editie: 15 september