De Staatssecretaris van Financiën past de goedkeuring voor VUT-regelingen, overbruggings- en prepensioenen en overbruggingslijfrenten uit het besluit van 17 december 2013, nr. BLKB 2013/2201M, V-N 2014/2.11 aan in verband met de Wet temporisering verhoging AOW-leeftijd.

Onder voorwaarden is goedgekeurd dat uitkeringen mogen worden uitgekeerd tot uiterlijk de AOW-leeftijd van de betrokken gerechtigden, mits de omvang van de bestaande uitkeringsrechten niet wordt uitgebreid.

Verder wordt de werking van de goedkeuring uit het besluit ook van toepassing verklaard op nabestaandenoverbruggingspensioenen. Door invoering van de Wet temporisering verhoging AOW-leeftijd kan zich voor ingegane nabestaandenoverbruggingspensioenen, als bedoeld in art. 18f Wet LB 1964, de situatie voordoen dat de AOW-leeftijd die bepalend was voor het beëindigen van de uitkeringen tijdens de uitkeringsfase is verlaagd. Contractueel kunnen partijen echter hebben vastgelegd dat de AOW-leeftijd vóór de temporisering bepalend is voor de overeengekomen uitkeringstermijn. Deze nabestaandenoverbruggingspensioenen zouden hierdoor fiscaal onzuiver worden. Daarom is hiervoor ook een goedkeuring opgenomen. Het besluit treedt in werking per 1 januari 2020.

[Nieuwsbron]

Informatiesoort: VN Vandaag

Rubriek: Inkomstenbelasting, Loonbelasting

Regelgevende instantie: Ministerie van Financiën

Editie: 27 december

Focus: Focus

Carrousel: Carrousel

1

Inhoudsopgave van deze editie

Gerelateerde artikelen